Notes |
- HQJ p 83, 84
- `Adriaen Willaert pbre: en vicecuret van der kercke en prochie van Sint-Anne, was, 17 oct. 1537, aangeklaagd van overspel. Ten gevolge dier aanklagt deed hij vergaderen na de Hoogmisse den Kapellaan, de Kerkmeesters en andere notabelen, voor
wie hij de beschuldiging onderzocht, en zich verantwoordde. (Boek A no 2) Misschien staat hiermede in verband `de zake tusschen heer Adriaen Willaert, viceprochiepape van Sint Anne Kre in materie van injurie jeghens eenen Claeis Wouters,
ghevangen', waarvan in de Stadsrek van 1537 gewaagd wordt.
- Gedurende zijn priesterschap te Mude levert de geschiedenis eene even treurige als merkwaardige proeve der ook van elders genoeg bekende zedeloosheid van de kloosters en Roomsche geestelijkheid in de eeuw der Hervorming. Wij lezen in de
Stadsrek van 1540, en geven haar op met hetgeen wij daar letterlijk vinden: "Betaelt heer Adriaen Willaert pbre ende viceprochiepape van Sinte anne ter mude, over theekenen als notaris [met de zaakbekende, gevolmagtigde en verantwoordelijk],
dat den gardiaen van den convente ter Sluus, ende dat van den minrebroeders, renonchierde den persoon van Bathelemeus Gillis
-
- [Noot van Janssen: De Kerk moest eerst afstand doen van de personen, die zij als haar eigendom beschouwde, alvorens de wereldlijke Magt hen mogt vervolgen en straffen. Dit deed zij dan ook in sommige gevallen, en ook hier. Want de Kerk vergiet
geen bloed!]
-
- als zijn leeckbroeder ghezijn hebbende van denzelven convente ende uutgangher van dien, ghevangen in cas van criesme, behoudens dat men hem niet openbaerlic executeren en zoude, omme te eviterene de schandale van der ordene. Over dezelve
renunciatie te teekenen f 0,90.
- In dezelfde rek leest men vroeger: `vertheert ten huuse van Bauwin Adriaenszoone Bauwins, weert in thoochhuus ter ouder mude, over huerlieder occupacie, dat zij drie daghen achtereenvolghende ghehoort hebben informacie precedente ten laste van
Bathelemeus Gillis Matthys, ghevangen verweerere in cas van criesme ende als berucht wesende, ghecomitteert hebbende de groote orribele zonde van sodomie.
- Noch dat de voorn: Schepenen tot vijf reysen den voorn: ghevanghenen by nachte ende ontyde secretelic gheëxamineert hebben', enz.
- Na vele besognes is eindelijk de voornoemde Barthelemeus Gillis alhier `secrtelicken gheëxecuteert metten zweerde.'
|