| 4. | Johannes PLASSCHAART was born Abt 1700 (son of Adriaan PLASSCHAART and Catelijntje MEEUSSEN); died Aft 20 Jan 1756, St Anna ter Muiden. Other Events:
- Beroep: sluismeester / hoofdman
Notes:
Doopget
1722 Adriaan: Adriaan Platschaart, Catelijntje Stevens
1723 Catolijntje: Cornelis Marijsen, Cornelia Meusen
1725 Jacomyntie, get Abraham de Can, Johanna Bentien
1727 Johannes: Johannes Souwier, Janna Platschaert
1729 Jacobus & Martynus: Jacobus vd Broeke, Christina de Nut; Abraham de Can, Pieternella Adams
1731 Jacomyntje: Jacobus van den Broeke, Janneke Bokelaar
1732 Martinus: Jacobus van der Strate, Janneke Bokelaar
1734 Jacobus: Jacobus van den Broeke, Priena Hendriks, hv v Jons Harsen. dood
-----------------------
Acta St Anne
7.7.1724
`En de daags daar aan heeft den predikant versogt uit last van de kerkeraat dat den jongen Plasschaart sig van het avondmaal hadde te onthouden wegens de gegeven ergernisse van op den danck, vast en biddag te werken met de peerden met versuim
van den godtsdienst.'
Acta St Anne
6 okt 1724
De jonge Plasschaart weigert berouw te tonen `denkende daar geen quaat aan gedaan te hebben'. Afgehouden.
Acta St Anne
12 jan 1725
Johannes Plasschaart heeft berouw getoond in consistorie. Toegelaten.
Acta St Anne
12 april 1726
`Johannes Plasschaart heeft sig seer viandig en te onvreden uitgelaaten (wegens Susanna Bodrij en wegens Jacobus Bodrij) tegens ons om eenige nodelose questie die sij onder malkanderen gemaakt hebben om een stukje landt. Hoewel Susanna en
Jacobus Bodrij seggen niets tegen Plaschaart te hebben, hebben wij beide partijen geraden' dit maal af te blijven, `den eenen wegens sijn boosheijt en den anderen om de lasteringe voor te komen.'
Acta St Anne
12 juli 1726
Gezegd zich te onthouden:
1) Johannes Plasschaart `die nog seer onversettelijk bij sijn voorige boosheijt haat en nijt is gebleven tegen Jacobus Bodrij seggende tegen alle vermaningen en getrouwe waarschouwingen aan, dat hij t.w. Plasschaart het sal wreeken daar hij
kan, en toonde sig voor ons als van het quade overwonnen'...
2) nog heeft Johannes Plasschaart sig in dronkenschap en vloekwoorden schuldig gemaakt op Westcappelle.
Acta St Anne
11 okt 1726
Plasschaart en Bodrij zijn het nog steeds niet eens over dat land.
Acta St Anne
10 jan 1727
De kwestie tussen Joh: Plasschaard en Jacobus Boddrij is nog niet vereffend. Plasschaard heeft de kkr opnieuw beledigd door de leden verleiders te noemen.
De oude Plasschaart continueert nog in zijn zonden.
Acta St Anne
11 apr 1727
`Johannes Plasschaart, die nog continueert in sijn halsterrige boosheijt en ongehoorsaamheijt aan de waarheijt des Evangeliums' omdat hij zich niet wil onderwerpen aan de kerkelijke discipline.
`Weijgert om dronkenschap en vloeken en andere buitenspoorigheden in consistorie te komen dat sijn kleijnigheden bij hem, spreekt op een ongehoorde en boosaardige wijse den predikant tegen als of dat paaps ware schult te bekennen in
consistorie, over gegeven ergernissen [...] en sou wel den predikant met den E kereraad verleijders noemen, om datse hem sonder schultbekentenisse en belofte van betereschap niet willen toelaten tot des Heeren Avontmaal.
En nadat wij twee a drie maalen hebben op het allerbroederlijkste ja gebeden gebeden en gesmeekt en ons geen gehoor geeft, maar met belaaking ons beantwoort, en ontseijt dat hij Plasschaart in der eeuwigheijt om al die gegeven ergernissen niet
wil nog sal in consist: kom, om die met berouw te belijden. Ja soo boosaardig dat hij liever wil in eeuwigheijt niet aan des Heeren Tafel gaan, is dat niet de Sone Gods vertreden en het bloet de N.T.: onreijn achten of ten minsten kleijn agten.
Sulke honden en swijnen komt ook het brood der kinderen niet toe, soo lange sij haar niet bekeeren en met boetveerdigheijt berou en beterschap haares levens sulks bewijsen.' Afgehouden.
Jacobus Ridder is wegens bekende en voorgemelde kwestie nog niet met Johannes Plasschaart verzoend. Is nu tot zijn schande al een jaar lidmaat geweest en is nog nooit bij het Avondmaal geweest.
Acta St Anne
11 juli 1727
huisbezoeking. Johannes Plasschaart en Jacobus Bodrij niet thuis getroffen om hen te manen zich te verzoenen.
Tegen de vrouw van Plasschaart gezegd dat zij tegen hem moest zeggen naar de consistorie te komen. Hetzelfde gezegd tegen de moeder van Bodrij.
Acta St Anne
17 okt 1727
Johannes Plasschaart en Jacobus Bodrij in cons verschenen en leedwezen betoond. Ze hebben `malkander haar misdaden vergeven en malkander de hand van vriendschap gegeven'.
Acta St Anne
19 okt 1727
Avondmaal gehouden en Claas de Kan, Johannes Plasschaart en Jacobus Bodrij weer aanwezig.
Acta St Anne
8 apr 1729
huisbezoeking. Niet thuis waren Claas de Kan, Joh: Platsgaart, Jacobus Bodrij `en meer andere'.
Acta St Anne
10 apr 1729
avondmaal gehouden, velen afgebleven, zoals Claas de Kan, Joh: Plasschaart en Francois Cappon.
Acta St Anne
27 jan 1730
Ontslagen als diaken Pieter le Roij. Aangenomen als ouderling Mattheus de Bruine en als administrerend diaken voor een jaar Pieter Belling en tot diaken huismr Johannes Plasschaart.
RAZVL 479
fo 255
30.5.1731
comp Hendrick Fagel in huw met Pieternella Funderingh machtigen Adriaen de Lighte oudt burgemr jegenw schepen van Sluijs om te compareren voor collegie slands van den Vrije te Brugge om daar te verkopen
En wijders aan Jannis Plasschaert, sluijsmeester van de wateringe van Greveninge, 1 gem 168 roeden landt in het 32e [lees: 23e?] begin van dezelve watering van greveninge
RAZVL 478
fo 259
31.10.1731
comp Susanna Facon wed Jacobus de Jonghe in sijn leven schepen van Sluijs, heeft verkocht op 28 sept 1731 aan Jacobus Boudrij, schepen deser stede, voor de eene helft, ende aan Johannis Platschaert sluijsmeester van de wateringe van Greveninge
gesegt kleijn Reijgersvliet, voor de andere of wederhelft... 11 gem 66 roeden in de polder Robbemoreel in het 2e begin
Acta St Anne
11 jan 1732
Diaken Joh: Plasschaart en zijn huisvr zijn niet naar het avondmaal gegaan omdat over haar laster wordt verspreid `achter haar rugge van een viandige mensche'.
Acta St Anne
20 maart 1732
diaken Joh:Plasschaart heeft armenrek gedaan.
Acta St Anne
11 april 1732
Johannes Plasschaart is nog steeds kwaad op zijn vijand die hij niet wil tegenkomen bij het avondmaal. Afgehouden.
Zijn vrouw zegt dat ze de dingen overziet en zich niet meer stoort en zich vd vijandschap ontdaan had en graag naar het avondmaal zou gaan. Toegestaan.
Acta St Anne
11 juli 1732
Huisbezoeking: weinig moeilijkheden omdat maar weinig mensen thuis waren. Oa Huismr Joh:Plasschaart niet thuis, maar zijn vrouw gezegd dat hij zich dit maal vh avondmaal moest onthouden `wegens leelijke verwensingen van sijn naasten'. `Maar zij
zeijde dat hij niet soude aangaan maar dat wij belasten niet geern aan hem seijde en dat het haar leed genoeg was.'
Acta St Anne
10 okt 1732
Johannes Plasschaart en Pieter Belling, die zo lang vijanden waren geweest, met hun vrouwen `buiten malkanders weten' uitgenodigd naar het huis van de predikant, en zijn daar door `als de questie moede zijnde met malkanderen bevredigt'.
De kkr vraagt Plasschaart ook berouw te tonen over zijn ergernis gegeven in het huis van Jan de Hond. Maar hij vindt dit niet nodig omdat hij al met Pieter Belling verzoend is en voor de predikant en ouderling leedwezen heeft betuigd. Daarom is
hij de laatste keer niet ter avondmaal geweest. Nu hangt het van de inschikkelijkheid van de kkr af of men het laat passeren.
Acta St Anne
9 jan 1733
huisbezoeking.
Joh:Plasschaart volhardt. Afgehouden.
Acta St Anne
10 april 1733
huisbezoeking:
Johannes Plasschaart weigert zich van de gegeven ergernis alsnog te ontslaan en weigert naar de consistorie te komen `zeggende dat hij geen leedweesen in consistorie daar over sal doen in eeuwigheijt ten zij Belling daar mede kome'.
Acta St Anne
10 juli 1733
predikant met ouderling Johannes Scheers huisbezoeking gedaan.
Johannes Platschaart weigert nog steeds leedwezen te bekennen en heeft gezegd dat wij er niet meer over moeten spreken omdat hij er niets meer van wil horen en alleen wil verschijnen als Belling ook komt. Afgehouden.
Acta St Anne
9 okt 1733
Huismeester Johannes Platschaart weigert nog steeds te verschijnen. Besloten hem te vermanen tot het betrachten van de godsdienst maar niet meer te spreken over het avondmaal `indien hem niet meer aan hetselve gelegen is'.
Acta St Anne
17 jan 1734
avondmaal gehouden en afgebleven zonder censuur hoofdman Plasschaart, Jacobus Verhoeve.
Acta St Anne
1 april 1734
Hoofdman Plasschaart aangesproken over zijn ergernis die hij weer heeft gegeven op nieuwjaarsdag onder het pausdom in de agtergale `met schieten, drinken en kaartspelen en onbetamelijke woorden'. Hij belooft in consistorie berouw te komen
tonen. Op eigen beproeving toegelaten.
Acta St Anne
11 april 1734
avondmaal gehouden. Aanwezig die lang onder censuur hebben gestaan: hoofdman Plasschaart en Abraham Bastinck; idem burgemr Johannes de Bruine en schepen Pieter Belling.
Jacobus Verhoeve blijft nog onder censuur.
RAZVL 481
6 april 1735
Recht van de veertigste penning.
Op verzoek van schepen Pieter Bellink getaxeerd de helft van 11 gemeten en 66 roeden weijlant, zijnde vijf gemeten, 183 roeden waervan de wederhelft competeert aan de hooftman Platschaart, gelegen in het tweede begin vd Robbemoreelpolder -
folio 6; noort het dijkje van Juffrou Bar, en het lant van de erfgenamen Jacobus van der Straten d'oude; zuijt en west het volgende perceel, en oost het lant van de erfgenamen de Puijt en van Vida: Anthonij Goosen, belast de gehele partie met
en ‘s grave rente van een pont seventien schell sjaars, per gemet 21 pond vls.
Item de helft in de helft van vier gemeten 183 roen weijlant, sijnde 1 gemet 45 3/4 roeden, waarvan de wederhelft ter gelijke grootte competeert den voornoemden hooftman Platschaert, zijnde de eerstgemelde 4 gemeten 183 roeden de helft van 9
gemeten 66 roeden, gelegen in de voornoemde Robbemoreelpolder, oost het voors perceel, noort d'erven Questro; west Pieter de Nuet erven lant; en zuijt de zoute waterganck off canael;
dito een gemet 45 3/4 roeden belast met een rente van 4 schell 7 gro vls sjaars, per gemet 22 pond vls.
Item nogh 5 gemeten zaijlant in t eerste begin van de Robbemoreelpolder, de eerste partie van het begin, zuijtwest den waterganck, oost het land van vidua monsr Pieter Hernij; zuijtwest de weese Bocque en ander lant; en noortwest den dijk van
Juffr Bar; belast met een rente van 9 stuivers en vijf duijten per gemet,getaxeerd op 16-13 vls per gemet.
Eijndelinge nogh een gemet 14 roeden lant mede gelegen in Robbemoreelpolder; west tlant van de erfgenamen burgemr Hernij; noort den brugsen polderdijk, zuijt en oost tvoors perceel, vrij en onbelast van renten of zeijnsen, per gemet 16-13 vls.
Acta St Anne
6 jan 1736
Pieter Belling nog niet in staat te komen wegens alle moeilijkheden met zijn buurman hoofdman Plasschaart `leggende in proces...'
`Wij hebben tot vreede geraden om liever malkanderen wat toe te geven en de saken te middelen.'
Acta St Anne
14 juli 1737
Avondmaal gehouden.
Velen niet geweest, oa Mattheus de Bruijne en zijn huisvr, de hoofdman J:Plasschaart, Jacobus Munck, J: Keij de huisvr van de meulenaar. Jacobus de Nut, Pieter de Leroij, Marten van Loo, Schepen Jaques de Bruijne, Maria de Sager, huisvr van de
burgemr Scheers.
Acta St Anne
13 okt 1737
Hoofdman Plasschaart is ook gekomen.
Acta St Anne
16 jan 1738
Gekozen tot ouderling Romanus vd Ameele ipv schepen Jacobus vd Strate, tot diaken de hoofdman Joh:Plasschaart ipv Jacobus de Ridder.
Acta St Anne
12 juli 1743
Hoofdman J: Plasschaart en zijn vrouw zeiden, door iets dat in hun huis was voorgevallen `dat haar leet was en waardoor eenige ontrustinge gekomen was' en dat ze om ergernis van de gemeente te voorkomen ditmaal zouden afblijven.
Acta St Anne
12 april 1744
Avondmaal gehouden.
Velen afgebleven, oa hooftman Johannes Plasschaart, die al 2 maal is achtergebleven, wegens een proces dat hem aangedaan wordt, naar alle waarschijnlijkheid.
Acta St Anne
14 jan 1746
Tot ouderling gekozen Johannes Platschaart en tot diaken Boudewijn Scheers.
Acta St Anne
15 april 1746
Pred met ouderling schepen Pieter Hernij huisbezoek gedaan.
Ouderling Johannes Platschaart heeft leedwezen betuigd over zijn openbaar gegeven ergernis in de herberg van Francois Bokelaar. Hem geraden zich ditmaal van het avondmaal te onthouden.
RAZVL 479
fo 173
25.1.1747
comp Jacob de Munck schepen alhier, en zijn vrouw Levina de Luijn hebben verkocht op 1 dec 1746 aan Johannis Platschaert hooftman van St. Anna ten Brugsen vrijen een huijs etc met 456 roeden lants soo hoff als boomgaard althans bij de
comparanten bewoont en gebruijkt...
Acta St Anne
7.4.1752
Wij hebben schepen Johannes Lames en den hooftman Plasgaart aangesproken over de questie van met malkanderen te vechten in de herberge bij Bookelaar en haar onbetamelijk gedrag voor oogen gestelt [...] zij seijden datse sedert malkanderen
gesprooken hadden en geen viantschap meer hadden ...
Acta St Anne
11 juli 1755
Huisbezoeking gedaan. Alle broeders present uitgenomen de diacon hooftman Platschart die verhindert was door de Heeren van Bruggen die de schade door den swaren hagel geschiet quamen besichtigen onder haar gebiedte.
Acta St Anne
20 jan 1756
Gekozen in bijzijn van de magistraten Pieter Herny en schepen Lamens tot nieuwe ouderling schepen Johannes Lamens ipv burgemr Johannes vd Strate, tot diaken Johannes Platschart ipv de hooftman Platschart die is afgegaan.
Uit een notariele akte voor notaris Deinse te Sluis van 5 december 1797 blijkt dat Johannes Plasschaart na de dood van Jacomintje van den Broeke is hertrouwd met Appolonia Masclee.
Zoon Adriaan Plasschaart verklaart dat hij zich goed herinnert dat `soo door wijle sijne vader Johannis Plasschaart geweest landman te St Anne voornoemd als na overlijden van denzelven door wijle zijne moeder Appolonia Mascle, en sulx door hun
beijden zedert ontrent den jaaren 1740 tot ontrent den jare 1755 [...] van den directeuren van de voornoemde gecombineerden polders [Robbemoreel- Gouverneurs- en Craeijenspolders] is gepagt en als zoodanig gebruijkt de zeedijk van den
voornoemde gouverneurspolder en met dezelve de voorgronden off schorren daar voorgelegen, des tijdt gemeen met de zee, dog ten jaare 1795 nieuw bedijckt, zig bestreckende van het gewezen Cleijne pas tot aan den krinckeldijk, en zig voorts
bepalende tusschen den gemelden zeedijk ende kille of kreek, scheijdinge makende tusschen de gezegden voorgronden of schorren, ende schorren off plaat door het gewezenmilitaire gouvernement der stad Sluijs verpagt geweest.'
Johannes married Jacomintje van den BROEKE Abt 1721. Jacomintje (daughter of Adriaen van den BROEKE and Maatje COLES) was born 1690, St. Anna ter Muiden; was christened 17 Sep 1690, St. Anna ter Muiden; died Abt 1735, St Anna ter Muiden. [Group Sheet]
|
1749 -
